MBO Maasland

Organisatie studentbegeleiding

Organisatie studentbegeleiding

  1. De SLC houdt de intake gesprekken en is eerste aanspreekpunt voor de student vanaf de instroom t/m de diplomering. De OCO is aanwezig bij de intakegesprekken van de (mogelijke) ondersteuningsstudenten. (basiszorg/ondersteuning).
  2. Elke professional signaleert. Mogelijke problemen worden eerst met de SLC besproken, rechtstreeks via de student of door signalering van bv een docent of de OC. (basiszorg/ondersteuning)
  3. SCL schakelt OCO in bij problematiek de meer specialisatie of extra zorg vereist. (breedtezorg/ondersteuning)
  4. Indien deze zorg meer nodig heeft dan wat de school kan bieden wordt externe hulp ingeschakeld. (breedtezorg(ondersteuning) / dieptezorg/ondersteuning)
  5. Studenten die ondersteuning nodig hebben worden in het ZAT besproken met toestemming van de student door inbreng van de SLC. (breedtezorg/ondersteuning)
  6. Een SLC kan in het ZAT uitgenodigd worden om mogelijke toelichting te geven.
  7. OC wordt op de hoogte gehouden en kan spreekbuis zijn voor SLC bij bv gesprekken met studenten en/of ouders. Eerste aanspreekpunt voor ouders blijft de SLC. Bij bespreking in het ZAT kan de OCO contact opnemen met de ouders.
  8. Teamleiders en directeur worden ingeschakeld bij bv schorsing of verwijdering van school
  9. Gezinsspecialist wordt van buiten de school ingehuurd. Studenten worden via het ZAT ingebracht, daar kan besloten worden een student een traject in te laten gaan met de gezinsspecialist.
  10. Verzuim wordt ingevoerd door de docent in ons systeem (Eduarte). De SLC houdt dit voor zijn/haar klas(sen) bij en informeert de OCO indien de student te veel absent is.
  11. De OCO houdt tevens het verzuim bij en spreekt de SLC hier op aan. OCO meldt verzuim bij DUO en onderhoudt contact met leerplicht en Steunpunt Jongeren. De OCO koppelt terug naar de SLC. OC, teamleiders en directeur kunnen waar mogelijk ingeschakeld worden bij langdurig verzuim. De OCO houdt hen hiervan op de hoogte.
  12. De OCO verzorgd tussentijdse uitstroomgesprekken en heeft bij dreiging van uitval gesprekken met de desbetreffende student. De decaan kan ingezet worden voor verdere gesprekken over evt. nieuwe studiekeuze (hoofdzakelijk bij niveau 4 studenten).