Opbouw mbo-opleiding

Met de invoering van de Herziene kwalificatiestructuur (HKS) is een opleiding in het mbo opgebouwd uit 3 onderdelen:

  1. Het beroepsgerichte deel. In dit deel dat minimaal 50% van de opleidingstijd omvat, komen alle elementen van het beroep, ongeacht het niveau van de opleiding, aan bod. Het gaat om kennis, houding en vaardigheden. Daarnaast bevat het ook de verplichte AVO-vakken (Nederlands, rekenen, loopbaan & burgerschap en een vreemde taal).
  2. Het profieldeel. In dit deel wordt het beroepsgerichte deel nader uitgewerkt en werken we toe naar het eindniveau van de opleiding (medewerker, vakbekwaam medewerker en manager/bedrijfsleider).
  3. Het keuzedeel. In elke opleiding, ongeacht het niveau, dient de student een of meer keuzedelen te volgen. Een keuzedeel is verbredend, verdiepend en kan doorstroom naar een hoger niveau bevorderen. De student heeft de mogelijkheid om twee keer per jaar een of meerdere keuzedelen te kiezen uit een aan- bod dat jaarlijks door de school wordt samengesteld.

Het aanbod van keuzedelen wordt bij aanvang van de opleiding vastgesteld. Afhankelijk van de opleiding dient een student een of meerdere keuzedelen uit het aanbod te kiezen. Een keuzedeel kan worden gevolgd in de lessen op school, in de beroepspraktijkvorming (BPV) of in zelfstudie. De student wordt zorgvuldig geïnformeerd over de inhoud van het keuzedeel en de manier waarop dit keuzedeel moet worden afgesloten. Bij het vaststellen van welke keuzedelen door de student kunnen worden gevolgd hanteert de school een aantal spelregels. We noemen dit het ‘HUBO-principe’. Bekeken wordt in hoeverre de keuzedelen Haalbaar, Uitvoerbaar, Betaalbaar en te Organiseren zijn. Uiteindelijk worden in de opleidingsovereenkomst (OOK) de keuzedelen opgenomen.

Algemeen Vormend Onderwijs (AVO) & Burgerschapsvorming

Een mbo-opleiding leidt een student niet alleen op tot een beginnend beroepsbeoefenaar maar vormt en bereidt de student ook voor op een zelfstandige rol als burger in de Nederlandse samenleving.
Daarom volgt iedere student, ongeacht het niveau, onderwijs in algemeen vormende vakken als Nederlands (taal), rekenen en Loopbaan & Burgerschap. Binnen de opleidingen op niveau 3 en 4 worden daarnaast vaak vakken als economie, exacte vakken (natuur- en scheikunde), Engels en bijvoorbeeld nog een extra vreemde taal (Duits) aangeboden, die de beroepsmatige onderdelen van het onderwijsprogramma en de doorstroom naar vervolgopleidingen op een hoger niveau (bijvoorbeeld hbo) ondersteunen.

Examinering in het mbo

Een mbo-opleiding leidt een student niet alleen op tot een beginnend beroepsbeoefenaar maar vormt en bereidt de student ook voor op een zelfstandige rol als burger in de Nederlandse samenleving.
Daarom volgt iedere student, ongeacht het niveau, onderwijs in algemeen vormende vakken als Nederlands (taal), rekenen en Loopbaan & Burgerschap. Binnen de opleidingen op niveau 3 en 4 worden daarnaast vaak vakken als economie, exacte vakken (natuur- en scheikunde), Engels en bijvoorbeeld nog een extra vreemde taal (Duits) aangeboden, die de beroepsmatige onderdelen van het onderwijsprogramma en de doorstroom naar vervolgopleidingen op een hoger niveau (bijvoorbeeld hbo) ondersteunen.